“‘De toestand van de islamitische wereld is enorm zorgwekkend. Op de eerste plaats natuurlijk voor de moslims zelf, maar ook voor minderheden in die landen. Dat wordt op een schandalige wijze genegeerd in het Westen. We voeren hier wel een debat over islamofobie, maar praten relatief weinig over christenvervolging, de vervolging van jezidi’s, van afvalligen, van vrouwen die hun eigen weg willen gaan, van homo’s, van islamitische minderheden zoals de ahmadiyya, van sjiieten in soennitische landen, van soennieten in sjiitische landen… Er vinden misdaden tegen de menselijkheid plaats die veel meer aandacht verdienen.
Als je kijkt naar de vijandigheid en het geweld tegen joden, tegen homoseksuelen, tegen vrouwen, dan zijn daders met een islamitische achtergrond in zeer sterke mate oververtegenwoordigd. Het treft kwetsbare groepen, waar we anders zo voor opkomen. Maar zodra een andere minderheid de dader is, kijkt iedereen de andere kant op.’
De problemen in de islamitische wereld worden niet veroorzaakt door discriminatie hier. De radicalisering hier is vooral een product van de radicalisering daar.
In Duitsland is nu een discussie om hoofddoekjes in het basisonderwijs te verbieden, en christendemocraten steunen dat. Ik vind daar veel voor te zeggen’.”