“Nee, oh my God, dat is een vissen, daar moet je echt mee oppassen!” is een zin die ik in de recente geschiedenis bij mijn studievereniging heb gehoord. Het past in het beeld dat de NRC heeft geschetst van jonge hoogopgeleide vrouwen die zich storten op astrologie, iets wat de Volkskrant vorig jaar eveneens wist te vermelden. Het is de NRC op nogal wat kritiek komen te staan, want hoe kan deze serieuze krant zich bezig houden met kwakzalverij? Hoewel ik zelf weinig verklarende kracht zie vanuit de astrologie wil ik hier toch even in de bres springen voor dit fenomeen.
In tegenstelling tot alternatieve geneeskunst, jongeaardecreationisme en anti-vaxxers is astrologie niet iets wat beoefend wordt door aluhoedjes of andere complotgekkies. Denkers van Plato via Newton tot Jung hebben een deel van hun intellectuele leven gewijd aan deze tak van sport. Het is sinds de Popperiaanse introductie van de falsificatietheorie dat astrologie een slechte naam heeft gekregen. Falsificatie wil zeggen dat het mogelijk moet zijn om je theorie te ontkrachten middels experiment, maar voor astrologie is het schier onmogelijk om dergelijke theorieën daadwerkelijk aan de wetenschappelijke methode te onderwerpen. Astrologie is zodoende niet meer bon ton in de intellectuele wereld en zit derhalve in het verdomhoekje.
Zit het echter terecht in het verdomhoekje? Hoewel de wetenschappelijke methode voor de natuurwetenschappelijke kant enorm van waarde is, kan je de vraag stellen of de falsificatietheorie op het gebied van het zieleleven waarde heeft. Er wordt astrologen een onkritische houding verwezen, maar het gemak waarmee de astrologie terzijde wordt geschoven verraad eerder een onkritische houding van de beschuldiger. Het is de onkritische houding van het sciëntisme, een houding waar ik als christen veelvuldig mee ben geconfronteerd. Het is de houding die de natuurwetenschap via de mathematische methode op een troon neerzet zonder acht te slaan op de overige domeinen van het leven waar die methode niet voldoet. Het is de houding die gemaakt heeft dat de economische wetenschap geregeerd wordt door modellen zonder oog te hebben voor de menselijke maat.
Kortom, de houding van het sciëntisme is op zichzelf een religieuze houding, hoe sterk de aanhangers ook ontkennen dat ze iets met religie van doen willen hebben. Logisch dus dat vanuit die hoek astrologie eveneens in kwaad daglicht wordt gesteld, want hoe zouden theorieën die uitgaan van een bezielde wereld ooit geldingskracht kunnen hebben?
Als we daadwerkelijk menen een kritische houding te hebben, moeten we astrologie juist weer serieus nemen. We moeten de bronnen onderzoeken naar hun praktische waarde. We moeten lering trekken uit kennis die in de afgelopen eeuwen is opgebouwd. Hoewel een hoop horoscopistiek pure quatsch is, kunnen we deze bronnen niet zomaar weggooien zonder kritisch te bestuderen, want als deze theorieën werkten voor de grote intellectuelen der aarde, dan kunnen we er toch niet vanuit gaan dat alles wat er te vinden is binnen die theorieën niet bruikbaar is.
We hoeven niet aan te nemen dat je sterrenbeeld je lot bepaalt, maar kan het nou echt kwaad om je sterrenbeeld erbij te pakken en te zien wat zo’n sterrenbeeld over je zegt?
Nathanael Korfker